Een duel der recordkampioenen. Een blik op onze eerste tegenstanders in de competitiefase van de UEFA Europa League .
Ferencvárosi Torna Club mag zeggen dat het is opgericht in de 19e eeuw. De club bestaat al sinds 3 mei 1899, in totaal 125 jaar. Het is de succesvolste clubs van Hongarije, met 35 competitietitels en 24 nationale bekers op haar naam. In 1965 zegevierden de groen-witten ook in de Jaarbeursstedenbeker (de voorloper van de UEFA Cup), door in de finale Juventus te verslaan, na eerder AS Roma en Manchester United te hebben gevloerd. De club uit Boedapest verloor in 1975 de finale van de Beker voor Bekerwinnaars van Dynamo Kiev, maar is nog steeds de enige Hongaarse club die een Europese Beker heeft gewonnen.
Zes opeenvolgende titels
Sinds de oprichting van de Hongaarse competitie in 1901 nam Ferencváros deel aan elk seizoen van de hoogste klasse, tot de topclub in 2007 door financiële problemen degradeerde naar de Tweede Divisie. Na drie jaar in het vagevuur keerden de groen-witten echter terug naar de hoogste afdeling en sindsdien hebben ze nooit meer omgekeken. Onze toekomstige tegenstanders zijn sinds 2014 gehuisvest in een nieuw, modern stadion met 20.000 zitplaatsen (Groupama Aréna) en hebben een mooie reeks van zes opeenvolgende nationale titels (het record van RSC Anderlecht staat op vijf). Ze delen momenteel de eerste plaats in hun competitie met vijf overwinningen uit vijf wedstrijden.
Ferencváros heeft twee keer de groepsfase van de Champions League bereikt. De laatste keer in 2020, en daarvoor in 1995 na het verslaan van... RSCA in twee wedstrijden. Beide teams waren titelverdedigers. De Hongaren kwamen naar het Astridpark om met 0-1 te winnen (een resultaat dat de Duitse coach Herbert Neumann zijn baan kostte), voordat ze Brussel tot een 1-1 gelijkspel dwongen in Boedapest onder interim-coach Raymond Goethals. Een dubbel duel tegen een Hongaarse club met maar één precedent: een dubbele nederlaag tegen Vörös Lobogo (MTK Budapest) bij ons Europese debuut in 1955.
Wist je dat?
Acht Hongaarse spelers hebben voor RSCA gespeeld, hoewel de meesten van hen dat in de jaren 60 deden (Miklós Dacsev, Árpád Fazekas, Sandor Karsay, Gyula Nemes en József Wölbling) en daarom niet de bekendste zijn bij onze huidige fans. Dit is ongetwijfeld meer het geval voor spelers als Attila Ladinsky (een doelpuntenmaker in de jaren 70 die 36 doelpunten maakte in 67 wedstrijden), Flórián Urbán (die eind jaren 90 een korte periode bij RSCA speelde) en vooral Roland Juhász. De centrale verdediger speelde acht jaar voor Sporting en droeg 178 wedstrijden met trots onze kleuren. Eén Belgische speler draagt momenteel de kleuren van Ferencváros: Philippe Rommens, een Antwerpenaar die zijn opleiding bij PSV genoot. Het zal zijn eerste officiële wedstrijd op Belgische bodem worden.
