Niets is mooier dan de magie tussen twee spitsen: de één als aangever, de ander als afwerker of beide profiterend van elkaars sterke punten om zo hun eigen doelpuntenproductie op te krikken. Op Anderlecht speelden de afgelopen decennia een aantal legendarische spitsenduo’s. Een overzicht:
- Dit artikel verscheen eerst in de Matchday nieuwsbrief van vrijdag 12 februari.
Schrijf je hier in om als eerste dit soort artikels te ontvangen.
Hypoliet van den Bosch en Jef Mermans
Net na de Tweede Wereldoorlog waren Hypoliet van den Bosch en Jef Mermans spits bij Anderlecht. Mermans zou in 15 seizoenen drie keer topschutter worden en in totaal 367 goals scoren, daarmee is hij tot op heden clubtopschutter van Anderlecht. Van den Bosch stond eerder in de schaduw van Mermans en vertrok in 1948 zelfs naar concurrent White Star. Die periode deed hem duidelijk deugd: van den Bosch keerde terug naar Anderlecht, werd topschutter aan de zijde van Mermans en schopte het zelfs tot Rode Duivel. Samen wonnen ze 4 landstitels, Mermans’ teller staat zelfs op 7.
Van twee naar vier
In de jaren ’60 stond Anderlecht voor avontuurlijk voetbal. In de periode van de vrije liefde werd het gebruikelijke koningskoppel dan ook uitgebreid tot maar liefst 4 spitsen in het 4-2-4 systeem van trainer Pierre Sinibaldi. Paul Van Himst, Jan Mulder, Jacky Stockman of Jef Jurion, Anderlecht was een garantie op goals en spektakel. Uiteindelijk zou het team vijf keer op rij kampioen worden, een record. De doelpunten van dit viertal, denk maar aan Jurion tegen Real Madrid of Stockman tegen Bologna, behoren tot het collectief geheugen van de club.
Kenneth Brylle en Erwin Vandenbergh
Waar in de jaren ’70 vooral ene Robbie Rensenbrink het gewicht van de aanval draagt en er vaker voor één spits wordt geopteerd, staat er begin jaren ’80 weer een duo in de spits: Erwin Vandenbergh, veelal gekoppeld aan de Deen Kenneth Brylle, soms aan Alex Czerniatynski. Vandenbergh komt met veel adelbrieven naar Anderlecht en maakt de hoge verwachtingen waar: vier seizoenen op rij scoort hij minstens 20 keer. Brylle beslist dan weer de heenmatch van de finale van de UEFA Cup (1-0 tegen Benfica). De 1-1 uit de terugmatch (doelpunt Lozano) levert Anderlecht zijn laatste Europese beker op.
Luc Nillis en Johnny Bosman
Het spitsenduo van begin jaren ’90: de Limburger met de fluwelen traptechniek en de grote Nederlander – bijnaam de Giraffe – waren jarenlang een garantie op goals. Onder trainer Johan Boskamp en met Nillis en Bosman in de spits won Anderlecht 3 titels op rij en in 1994 zelfs de dubbel, het was twintig jaar geleden dat dat nog lukte. Tel daar de eerder dat jaar gewonnen Supercup bij (waarin Nillis 2 en Bosman 1 keer scoorde) en je mag van een perfect rapport spreken. In ’93-’94, hun laatste seizoen samen, scoorde het duo maar liefst 45 keer in de competitie.
Jan Koller en Thomas Radzinski
Begin jaren 2000 kreeg het duo een waardige opvolger: de snelle Thomas Radzinski die rond de boomlange Jan Koller speelde. Maar waar Nillis en Bosman vooral in België succesvol waren, maakten Koller en Radzinski ook Europees furore. De eerste loodste Anderlecht haast eigenhandig naar de Champions League door 4 van de 5 doelpunten uit de voorrondes te maken (tegen Famagusta en Porto), de tweede lag aan de basis van historische overwinningen tegen Manchester United (2-1) en Lazio Roma (1-0), waarin hij alle goals scoorde.
Aruna Dindane en Nenad Jestrovic
Een technicus en een sluipmoordenaar: dat waren Aruna en Jestrovic. Samen bezorgden ze Anderlecht in 2003-2004 met een straatlengte voorsprong (9 punten) de titel en ook individueel ging het beide spitsen voor de wind. Aruna wordt in 2003 de eerste Afrikaanse winnaar van de Gouden Schoen, Jestrogol kroont zich een seizoen later tot topschutter.
Tessa Wullaert en Tine De Caigny
Ook vandaag loopt er een koningskoppel rond op Anderlecht, zij het bij het vrouwenelftal. Tine De Caigny en Tessa Wullaert, respectievelijk eerste en tweede op de verkiezing van de Gouden Schoen in januari, razen door de competitie. De Caigny als het grote aanspeelpunt – vaak vergeleken met Romelu Lukaku – Wullaert als technisch vaardige aanvaller. Samen zijn ze dit jaar al goed voor 49 doelpunten: 30 voor Tessa, 19 voor Tine.