De weg van RSC Anderlecht naar een succesvolle toekomst
- We zijn dit seizoen begonnen met een plan en blijven daar trouw aan
We schetsen hieronder hoe we -sinds begin dit seizoen- van RSC Anderlecht weer een stabiele topclub willen maken. We zullen proberen de obstakels die op onze weg liggen aan te duiden, te verklaren maar vooral te illustreren hoe we die gaan overwinnen.
We, dat zijn:
1. Marc, initiator van het hele project, die de juiste mensen samenbrengt en de club zuurstof en
tijd biedt als voorzitter.
2. Michael, de dirigent bij de uitvoering van het plan. De man in de frontlinie.
3. Vincent, inspirator van de voetbalvisie, manager van het project.
4. Franky, leider van de veldtroepen.
5. De volledige sportieve staf: winnaars, toegewijd, getalenteerd, steeds op post.
6. De directie en alle niet-sport medewerkers, gedreven boetserend aan een nieuw, stabiel RSC Anderlecht.
7. De spelers, die het uiteindelijk moeten doen.
- Van inzichten naar heldere opdracht
We bestudeerden enkele casussen:
Hoe komt het dat Manchester United sinds 2013 na 26 jaar en 38 prijzen onder Ferguson niet uit de neerwaartse spiraal raakt?
Waarom doet Liverpool na legendarische periodes onder Bill Shankly, Bob Paisley en Kenny Dalglish nu pas opnieuw mee voor de prijzen?
Wat maakt dat Arsenal na de Wenger-dynastie nog zelden meedoet voor de top 4?
Waarom zijn clubs zoals Everton, Leeds, Nottingham Forest en Aston Villa geen topclubs meer?
Er is het verhaal van het faillissement van een instituut zoals Glasgow Rangers, van de problemen bij AC Milan na Berlusconi…
We zagen dat de situatie bij RSC Anderlecht genoeg elementen vertoonde om de spreekwoordelijke euro te doen vallen: de grootste club van het land met een fenomenaal palmares opgebouwd tijdens een dominante dynastie, haalde de laatste jaren ondermaatse resultaten met een verwaterde spelidentiteit waar geen supporter nog gelukkig van werd.
We begonnen aan een plan op basis van enkele belangrijke inzichten:
Inzicht 1:
Als iconische managers/toonaangevende voetbalfamilies een club verlaten/verkopen na een tijdperk van grote dominantie, dreigt systematisch een periode te volgen waarin die clubs in moeilijker vaarwater komen. No club is too big to fail.
Inzicht 2:
Symptomen van zo’n club zijn: verlies van club- en spelidentiteit, veel en snelle trainerswissels en financiële druk.
Inzicht 3:
Deze clubs moeten een strikt plan volgen om uit de problemen te raken waarbij het herdefiniëren van hun spelidentiteit en het extreem bewaken van het budget cruciaal zijn. Clubs zonder plan blijven voor jaren zwalpen.
Om te vermijden dat RSC Anderlecht in bovenstaand rijtje zou terechtkomen, wisten we dat het niet zou volstaan enkel nieuwe pleisters op de wonde te leggen. We moesten chirurgisch ingrijpen.
De opdracht kreeg vorm:
- Herdefinieer en moderniseer de spelidentiteit van de club met als ambitie om op termijn de paarse supportersharten weer sneller te doen slaan.
- Bouw binnen een strak budget aan een uitgebalanceerde kern, vertrekkende van de eigen jeugd, die op termijn kwalitatief in staat is de nieuwe spelidentiteit week na week op de mat te leggen en terug prijzen te pakken.
We werkten het plan verder af en schatten in dat we 3 seizoenen nodig zouden hebben om succesvol te zijn.
Deel 1 van de opdracht, het uittekenen van een vernieuwde voetbalfilosofie voor RSC Anderlecht, ging quasi vanzelf: verfijnd, technisch en aanvallend voetbal. RSC Anderlecht moet op termijn terug in contact komen met zijn verloren voetbalidentiteit. En die dan moderniseren en uniek maken.
Deel 2, een uitgebalanceerde kern bouwen die brokken maakt, is een werk van wat langere adem.
- De obstakels: een grote spelerskern en een relatief lage collectieve kwaliteitsscore
Hieronder 2 bewezen voetbalwetmatigheden:
Feit 1: Om kampioen te spelen, in welke competitie ook, moet een club gedurende een heel seizoen gemiddeld 65% à 75% van zijn ‘loonmassa’ op het veld krijgen. Clubs die daar (ver) onder blijven, hebben bijna altijd te kampen met een te grote spelerskern. RSC Anderlecht haalde vorig seizoen 38%. Dit seizoen raken we aan 32,54%. De kern vandaag bestaat uit 48 spelers.
Feit 2: Om kampioen te spelen moet een Belgische club een opgetelde Current Impact Score (robuuste datascore die de individuele kwaliteit van een speler meet, afgekort CIS) kunnen opstellen tussen 1342 en 1386 punten. Om Play-off 1 te halen, moet je gemiddeld 1259 punten kunnen opstellen. Dit seizoen hebben we tot op vandaag een totaal van 1210 punten.
De correlatie tussen de gemiddeld opgestelde collectieve CIS en de uiteindelijke rangschikking van clubs in hun kampioenschap is jarenlang onderzocht bij duizenden clubs. De accuraatheid van die correlatie is 90%+. Data liegen niet.
We gaan hieronder in detail door op deze voetbalwetmatigheden en tonen aan hoe we daar concreet mee aan de slag gaan.
Operatie 1: van een (te) grote naar een optimale spelerskern
Als trainerswissels zich snel opvolgen en elke nieuwe trainer nieuwe spelers haalt, die hij belangrijk acht voor zijn spelfilosofie, ontstaat een opstapel effect: te veel spelers voor 11 plaatsen, een groeiend aantal spelers draagt niet meer bij tot de resultaten, maar de club moet ze wel betalen natuurlijk. Een grote spelerskern die niet speelt, vreet budget in sneltempo.
RSC Anderlecht kende de laatste paar jaar veel trainerswissels en heeft dus een te grote spelerskern. Niemand hoeft hieromtrent met de vinger gewezen te worden, oud noch nieuw bestuur. Het is simpelweg het organische gevolg van een opeenstapeling van beslissingen op alle niveaus genomen in de laatste 4 jaar.
We moeten de spelerskern afslanken van 48 spelers naar ongeveer 25 spelers. Dat kost tijd. Er zijn maar 2 transferperiodes per seizoen. En er zijn spelregels.
Waar het Bosman-arrest het ongecontroleerd ‘dumpen’ van spelers aan banden legde, zorgen de regels van de Financial Fair Play ervoor dat eigenaars met financiële slagkracht niet ongelimiteerd nieuwe spelers kunnen kopen: een club mag niet meer uitgeven dan ze uit eigen werking binnenkrijgt.
Dat legt financiële beperkingen op, zeker na een seizoen als het vorige, waarin RSC Anderlecht zich niét kwalificeerde voor Europa.
Grote kernen maken de verkoop van spelers ook moeilijker: spelers belanden naast de ploeg en staan minder in de etalage.
Naast afslanken, moeten we de kern ook versterken om hem zo performant mogelijk te maken.
We moeten een strikt evenwicht houden tussen het verkopen en het aankopen van juiste spelers binnen een strak gebudgetteerd financieel kader.
De rekrutering verloopt volgens een proces: datasystemen bezorgen ons een longlist met spelers die het juiste dataprofiel hebben, de scouting afdeling onderzoekt (via video en op het terrein) welke spelers beantwoorden aan het voetbalprofiel van RSC Anderlecht, en we onderzoeken het financieel profiel.
Operatie 2: de kwaliteit van de kern verhogen aan de hand van slimme data: de Current Impact Score als leidraad
Vanaf half november zijn we gestart met scherpstellen van het rekruteringsproces voor alle toekomstige transferperiodes.
De club wordt hierin sindsdien begeleid door Lee Mooney, de voormalige Director of Data Science van Manchester City, die mee één van de sterkste teams uit de geschiedenis van de Premier League bouwde. Dat we hem hebben kunnen overtuigen om de overstap te maken naar RSC Anderlecht is een sterk signaal. Het toont aan dat zulke topmensen ons plan voor de wederopbouw van onze club zo hoog inschatten dat ze er persoonlijk willen aan meewerken.
Essentie van het plan om een winnend team te bouwen is: een uitgebalanceerde ploeg met een collectieve Current Impact Score die hoog genoeg is om de titel te winnen.
Wat is nu die Current Impact Score (CIS) precies?
Simpel uitgelegd geeft deze score weer, uitgedrukt in een getal tussen de 0 en de 200, hoeveel kwaliteit een speler vandaag op het veld brengt.
Ze wordt berekend aan de hand van enkele honderden parameters gemeten en gewogen tijdens alle professioneel gespeelde wedstrijdminuten van de betrokken speler.
Om u een idee te geven: de CIS van Messi en Ronaldo schuren tegen de 180 aan, de gemiddelde CIS van de spelers van Man City ligt rond de 163+ wat de puntenscore van de club (de CIS van de geselecteerde spelers opgeteld) op 1800 zet, de benchmark om de Premier League te kunnen winnen.
Feit 2 hierboven stelde dat een Belgische club die de titel wil winnen, een puntenscore moet hebben tussen 1342 en 1386 punten. Sommige topclubs in onze competitie halen scores tot 1370 punten. RSC Anderlecht tot op vandaag, met alle geblesseerden, 1210.
- Hoe komt dat, waar moeten we positief nuanceren en wat is de weg naar boven?
Bij RSC Anderlecht zijn er spelers met een hoge individuele score tussen de 130 en de 160: Nasri, Chadli, Kompany, Roofe.
Een aantal spelers halen een competitieve score tussen de 110 en 130. Nieuwe jongens zoals Vlap en Van Crombrugge zijn daar uiteraard op geselecteerd. Bij deze ‘categorie’ weegt om belangrijk te zijn voor de ploeg het ‘voetbalprofiel’ zwaarder door: versterken ze de voetbalidentiteit zodat we ons spel kunnen spelen? De nieuwe jongens zijn ook daar op geselecteerd. Veel andere jongens van de huidige kern waren al in Anderlecht.
Onze prioriteit is nu: de nieuwe voetbalidentiteit illustreren op het veld.
Dat brengt ons bij het grote aantal opgestelde jonge spelers.
Omdat die jongens nog maar weinig professionele matchen in de benen hebben, en er dus minder in data is gedocumenteerd, liggen hun scores lager.
Vertekend laag zelfs, want hun talent is groter dan wat hun scores vertellen. Dat ziet iedereen die hen bezig ziet ook met het blote oog.
Het is geen “rocket science” om vast te stellen dat de gezamenlijke score van het elftal uiteraard naar beneden duikt als je tot 8 jongeren per wedstrijd opstelt. Maar hoe meer professionele matchen ze spelen, hoe sneller hun individuele score groeit en hoe sneller het gemiddelde van onze ploeg naar boven gaat.
Vandaag betaalt RSC Anderlecht veel leergeld. Daar zijn we toe bereid. We hebben er in ons algemeen plan dan ook een prioriteit van gemaakt om onze jongeren individueel te begeleiden. Het ‘Player Pathway Plan’ heeft als doel jonge spelers zo snel mogelijk beter te maken en het niveau van hun huidige scores te overstijgen.
Elke minuut die deze jonge spelers effectief spelen, is goud waard voor hen.
Van deze keuze wijken we ook niet af. Vol ongeduld wachten we tot hun kwaliteit en inzet zich vertalen in positieve resultaten. Het is dus een kwestie van tijd en kansen geven. En dat doen we met overtuiging.
Bijkomende nuance bij de lage huidige score: onze spelers met de hoogste scores zijn al te veel onbeschikbaar geweest door blessures, wat de gemiddelde score naar beneden heeft gehaald tot die fameuze 1210 punten. Het feit dat deze spelers allemaal tegelijk uitvielen, was simpelweg niet in de plannen ingecalculeerd.
Wisten we dan niet dat enkele spelers risico’s inhielden? Toch wel. Maar het is een te verdedigen strategie om ‘Jaar 1 van het herstel-na-ingreep’ een massieve boost te geven door het aantrekken van spelers met een -voor een Belgische club- normaal onhaalbare impactscore. Daarboven heeft Anderlecht geen transfersommen betaald voor deze toppers en is hun rol veel uitgebreider dan voetballen alleen: ze zijn actief betrokken bij de opleiding van de jonge spelers en staan ze dagelijks met raad en daad bij door hun schat aan ervaring te delen. Alleen is hun rendement sportief nog niet ten volle tot uiting gekomen.
Uiteraard zien we ze het liefst OP het veld, en dat we zoveel pech zouden kennen in de eerste helft van het seizoen, kon zelfs de grootste pessimist niet voorspellen.
Het aantrekken van deze wereldtoppers was een eenmalige strategie, die zich voorlopig nog niet in harde punten heeft vertaald in de rangschikking. Dat is erg spijtig, maar het is belangrijk positief te blijven: als alle spelers fit zijn, kunnen we voldoende kwaliteit tussen de lijnen brengen om tot de laatste speeldag mee te knokken voor Europees voetbal.
- Een round-up en conclusie:
We hopen dat jullie appreciëren dat we jullie op transparante wijze hebben geïnformeerd over ons project. Er zijn uiteraard een pak meer details, maar dat zou ons in dit schrijven te ver leiden. We zijn er klaar voor om dit plan tot een goed eind te brengen. We gaan daar niet van afstappen.
Een chirurgische ingreep kan pijn doen, maar we zijn er de mensen niet naar om huilend weg te lopen of op te geven.
De korte samenvatting nog eens:
- We hebben op tijd ingezien dat RSC Anderlecht drastisch moest ingrijpen om niet helemaal op drift te raken.
- We hebben een plan om RSC Anderlecht op 3 jaar tijd weer naar de top te brengen.
- De uitdagingen in dat plan zijn de spelerskern zowel afslanken als intrinsiek kwalitatief versterken.
- Die kern moet en zal binnen 3 jaar mee doen voor de prijzen met kenmerkend Anderlecht-voetbal, dat de fans willen zien.
Hebben we het project onderschat? In een aantal facetten misschien wel, maar in zijn geheel zeker niet.
Zijn we in het begin misschien collectief iets te enthousiast geweest? Dat kan zo lijken, maar konden we het ons veroorloven om er niét met volle enthousiasme in te vliegen? What’s the point om er anders überhaupt aan te beginnen? Je doet het all the way, of je doet het niét.
Zijn er verzachtende omstandigheden in te roepen? Ja, we hebben er al enkele aangehaald hierboven, maar we willen ons er zeker niet achter verstoppen.
Geloof ons: we zouden het liefst NU al spijkerharde onmiddellijke resultaten willen garanderen. Maar helaas zou de realiteit ons snel inhalen.
Resultaten garanderen op middellange termijn durven we wél: als we het plan volgen, is er veel licht aan het eind van de tunnel.
Beste groeten,
De Sportieve leiding: Frank Vercauteren, Vincent Kompany, Michael Verschueren
De CEO: Jo Van Biesbroeck
Voorzitter Marc Coucke