In 1983 wordt naarstig gewerkt aan de bouw van ons nieuw stadion. Daarom werken we, een seizoen lang, onze thuiswedstrijden in het toenmalig Heizel stadion gespeeld. Ook de finale van de Uefa Cup werd in 2 wedstrijden (heen en terug) gespeeld. De heenwedstrijd werd in Heizelstadion afgewerkt Het nationale stadion is tot de nok gevuld.
Zelfs Koning Boudewijn is aanwezig en schouwt de troepen voor de historische wedstrijd. We hadden, op weg naar de vijfde Europacup finale uit onze geschiedenis het Finse Kuopion, FC Porto, FK Sarajevo, FC Valencia en Bohemians Praag, uitgeschakeld. De tegenstander is gereputeerd en stevig. De Portugese traditieclub Benfica Lissabon, getraind door de slimme Zweed Sven-Göran Eriksson, had Betis Sevilla, AS Roma en Sporting Lokeren opzij gezet.
Maar wij zijn Anderlecht. Fijnbesnaard en ijzersterk. Na een half uur pakt onze huidige coach en toenmalige kapitein Frank Vercauteren, samen met uitblinker Morten Olsen, uit met een sublieme beweging: een hakje langs de korte zijde gevolgd door een voorzet met de buitenkant van de voet tot bij Kenneth Brylle die voor het enige doelpunt zorgt.
We reizen met de kleinste voorsprong af naar Lissabon. Trainer Paul Van Himst speelt op zeker en brengt een versterkte verdediging tussen de lijnen. Hij pakt uit met een dubbele mandekking op de spitsen Diamantino en Nene. Dat levert een basisplaats op voor verdediger Hugo Broos. Walter Degreef neemt de plaats in van de meer aanvallend ingestelde Wim Hofkens.
Toch walst Benfica als een pletwals over RSCA. Na een half uur resulteren de aanvalsgolven in een doelpunt van Sheu. Nauwelijks 6 minuten later herstelt balkunstenaar Juan Lozano het evenwicht op aangeven van, jawel, ons aller Franky Vercauteren. We houden stand voor 82.000 toeschouwers in het magische Estadio Da Luz en we behalen, met brio, onze derde en laatste Europese trofee.