In deze tijden van afzondering, willen we de tijd nemen om stil te staan bij enkele bijzondere momenten en kleurrijke figuren die onze indrukwekkende geschiedenis hebben vorm gegeven.
Onverzettelijke clubspeler
Bertrand Crasson (05/10/71) begint op zijn 11de te voetballen bij Red Star Evere waar hij 3 jaar later weggeplukt wordt door RSCA. Na enkele jaren bij de jeugd lanceert de Nederlander Aad De Mos hem in 1989 in het A-elftal. Hij moet Georges Grün opvolgen die naar AC Parma was vertrokken. Crasson, dat eerste seizoen afgeremd door een vervelende blessure, verliest zijn plaats aan Jean-Marie Houben.
Een jaar later volgt de grote doorbraak. Hij speelt 28 wedstrijden bij elkaar en op het einde van het seizoen 1990/91 wordt hij beloond met de prijs van “jonge profvoetballer van het jaar”. In 1996 trekt hij voor 2 seizoenen naar FC Napoli. Aan de voet van de Vesuvius groeit hij uit tot een vaste waarde. In 1998 keert hij terug naar het Park waar hij actief aan een nieuwe golf hoogtepunten meewerkt.
Bertrand Crasson, een echte ket, staat voor Brusselse branie, een man die altijd klaar staat om ten strijde te trekken. Geen wonder dat hij met paars-wit 6 landstitels behaalt. Hij voetbalt 407 wedstrijden voor RSCA en scoort enkele erg belangrijke doelpunten waarvan een absolute schoonheid tegen FC Brugge in 2001. In 2003 tekent hij voor 2 seizoenen bij Lierse maar verkast al na 1 seizoen naar FC Brussels (het huidige RWDM).
Op 29 maart van dat jaar krijgt hij in de uitwedstrijd met Brussels op Anderlecht een daverende ovatie van alle RSCA Supporters. Een maand later, op 23 april, speelt hij zijn laatste wedstrijd als profvoetballer, uit bij Oostende waar hij aan de rust gewisseld wordt. Vandaag timmert hij aan een trainerscarrière. De deuren van het Lotto Park zullen altijd open blijven voor Bertrand Crasson.