Matt Miazga: "Ik neem alles wat Kompany zegt op als een spons"

  • Dit artikel verscheen eerst in de Matchday nieuwsbrief van vrijdag 30 oktober.
    Schrijf je in.

“Ik praat niet graag over mezelf als voetballer of over mijn kwaliteiten. Ik kan altijd verbeteren en kom naar hier om te leren.” Het zijn de niet mis te verstane woorden van Matt Miazga. De Amerikaan wil bij RSC Anderlecht graag de volgende stap in zijn carrière zetten.

En daarvoor denkt hij bij de juiste ploeg te zijn beland. “Anderlecht is een club met traditie, maar vooral één met de juiste mensen in de omkadering, mensen die al heel wat spelers hebben geholpen om zich op professioneel en persoonlijk vlak te ontwikkelen. Ik ben dan ook naar hier gekomen om te leren. Vooral van Vincent Kompany probeer ik zo veel mogelijk op te steken. Van zijn visie op voetbal natuurlijk, maar ik heb nog het extra voordeel dat hij op mijn positie gespeeld heeft.”

We proberen de Amerikaan dan ook wat geheimen te ontfutselen, maar hij houdt zijn uitleg redelijk op de vlakte: “het positiespel is bijvoorbeeld iets waar we veel op werken. Maar ook het spelletje met je rechtstreekse tegenstander: hoe neem je mentaal of fysiek de overhand van de aanvaller. En neen, ik ga dat geheim niet verklappen”, lacht de minzame Miazga.

Het duwtje van Sacha Kljestan

Al kan de centrale verdediger natuurlijk zelf meer dan zijn streng trekken. In de MLS stond hij tegenover David Villa, bij Chelsea deelde hij de kleedkamer met Eden Hazard. Maar als we naar zijn sterkste tegenstander vragen, kiest hij toch voor andere namen. “Het is moeilijk om er eentje te kiezen, iedere speler heeft zijn kwaliteiten. Maar Firmino, Mbappé en Neymar blijven me toch het meeste bij. Zeker omdat ik tegen hen speelde met de nationale ploeg, dat geeft toch nog een extra dimensie.”

En daarmee is het woord eruit: de Verenigde Staten. Waarom begint iemand te voetballen in een land dat gek is op basketbal, American football en baseball? Miazga’s roots liggen aan de basis. “Mijn ouders zijn afkomstig uit Polen en daar is voetbal wel de nationale sport. Van kindsbeen af heeft mijn vader me dan ook gestimuleerd om te voetballen.”

In Amerika werd ook het duwtje gegeven dat hem jaren later bij Anderlecht deed belanden. Bij New York Red Bulls deelde hij immers de kleedkamer met de eerste Amerikaan in Brusselse loondienst: Sacha Kljestan. “Hij vertelde toen wat voor een goede club Anderlecht was en hoe hij hier gegroeid was als speler. Wanneer ze mij jaren later contacteerden, heb ik dan ook niet getwijfeld. Ik ben er zeker van dat ik hier de volgende stap in mijn carrière kan zetten.”

Lees verder